Care Culinair helpt Vitalis verder op weg

In Eindhoven en Heerlen bevindt zich Vitalis WoonZorg Groep. Zij zijn er voor ouderen op het gebied van wonen, zorg en welzijn in alle fases van het ouder worden. Naast gezondheid besteden ze ook extra aandacht aan de beleving en mentale fitheid van de bewoners. Vitalis heeft de hulp van Care Culinair ingeschakeld om ook op het gebied van eten en drinken alles uit hun organisatie te halen.

Vooronderzoek

Het is niet de eerste keer dat Care Culinair bij Vitalis aan de slag mocht. In 2019 is er al een vooronderzoek uitgevoerd. Daar zijn enkele verbeterpunten uit voortgekomen en Vitalis is hier zelf mee aan de slag gegaan. Na een tijd bleek dat ze hier toch wat meer ondersteuning bij nodig hadden. Vandaar dat Care Culinair, samen met adviesbureau Inteon aan de slag is gegaan. Er is een nieuw projectplan opgesteld, bestaande uit drie onderdelen: beginnend met een breed gedragen visietraject, gevolgd door een horecatraject en per locatie een project gericht op eten en drinken op de afdeling en samenwerking met het restaurant.

Vaststellen Visie Vitalis

‘Gezellig, lekker en gezond eten en drinken & de kunst van gelukkig oud zijn.’ Dat is de hoofdboodschap van de voor Vitalis vastgestelde visie. In het opgestelde visie document wordt de belangrijke rol van eten en drinken beschreven. Het geeft een inzicht hoe eten en drinken binnen de organisatie gezien wordt, nu én in de toekomst. Maar ook hoe het team van Vitalis er voor cliënten kan zijn en wat het betekent om te denken en handelen vanuit de wensen en behoeften van een bewoner. De visie is vertaald naar negen pictogrammen. Deze voor iedereen herkenbare tegels staan voor de speerpunten van Vitalis op het gebied van eten en drinken voor cliënten én medewerkers. Inmiddels is de visie door het directieteam en de cliëntenraad omarmd en kunnen de volgende stappen gezet gaan worden.

Emmy is projectleider voor de implementatie op de locaties en vertelt over haar ervaringen bij Vitalis: ‘Op 12 locaties van Vitalis hebben ze te maken met eten en drinken op de afdeling. Hoe? Dat is bij iedere locatie verschillend. Bij de ene afdeling heb je te maken met 20 tot 25 personen maar bij een andere zijn het er soms niet meer dan 6. Dat zorgt ervoor dat de manier waarop eten en drinken geregeld wordt, heel divers is. En natuurlijk hoeft het niet overal exact hetzelfde te zijn: in de visie is ook rekening gehouden met de mogelijkheid van een “couleur locale”. Maar we streven ernaar op elke locatie de kern van de visie concretiseren. En daar waar dat nog echt niet kan, zorgen we voor optimalisatie van de huidige situatie. We maken met de locatie een tijdsplan om tot de gewenste situatie te komen.’

Klein beginnen

Om dit in gang te zetten is besloten in juni te beginnen op drie locaties: Berckelhof, De Horst/ Kronenhoef en het Lint. Emmy is bij elke locatie met een locatiewerkgroep gestart. ‘Iedere werkgroep bestaat uit een zorgmanager, medewerker(s) van de afdeling, horeca coördinator en indien mogelijk de horecamanager. De eerste stap was het bespreken van de opgestelde visie met alle betrokkenen. De 9 tegels die in de visie naar voren komen hebben we onder de loep genomen. We bespraken vragen als: ‘Wat betekent dat voor jouw afdeling?’ en ‘Hoe zou je graag willen dat dit op jouw afdeling uitgevoerd gaat worden?’ Vervolgens hebben we per locatie een 0-meting uitgevoerd, zodat we een antwoord konden formuleren op de vraag: waar staan we nu?’

Naar aanleiding van de 0-metingen zijn er verschillende voedingsconcepten ontstaan. Op iedere locatie is per afdeling een keuze gemaakt tussen deze concepten. Die concepten gingen van volledig vers en zelf koken tot alles regenereren en alles daartussenin. De juiste afstemming daarvan, rekening houden met alle aspecten die je moet meewegen, is heel belangrijk. Zo krijg je een organisatie die én past bij de specifieke situatie én die herkenbaar Vitalis is. ‘Bij de meeste afdelingen kwamen we uit op een tussenvorm. Vers koken aangevuld met convenience producten’ aldus Emmy. ‘Daarnaast wil Vitalis haar bewoners graag zoveel mogelijk bij eten en drinken betrekken. De beleving vinden ze belangrijk. Dit kan in geur, smaak maar ook in meedoen en meehelpen. Bewoners die meehelpen aardappels schillen, boontjes doppen of in de pan roeren. Dit sluit perfect aan bij één van de negen tegels: elke dag geluksmomentjes.’

Ist-Soll beschrijvingen

Nadat alle negen tegels en de 0-meting waren doorgesproken was het tijd voor de vervolgstap: waar willen we naar toe? Met behulp van ist-soll beschrijvingen zijn de gewenste effecten op papier gezet. Emmy vertelt er het volgende over: ‘In deze beschrijvingen wordt gebruik gemaakt van drie kolommen: zo is het nu, hier willen we naartoe en dit hebben we daarvoor nodig. Die laatste kolom is misschien wel de grootste uitdaging. Elke locatie en iedere afdeling heeft wel weer iets anders nodig. Bij de een hebben ze niet de juiste keukenapparatuur, de ander heeft een prima keuken maar te weinig kennis. We zijn daarom nu heel specifiek aan het kijken wat ze waar nodig hebben. En dat gaan we regelen.’

Draagvlak creëren

Begrip bij alle medewerkers voor wat Vitalis beoogt met eten en drinken, begrip voor het niet te onderschatten belang voor bewoners en daarmee draagvlek voor wat we samen willen bereiken creëren, dat is echt essentieel. Om dat voor elkaar te krijgen is er per afdeling een vertegenwoordiger aangesteld. ‘Het is belangrijk deze visie nu ook echt in de praktijk te brengen’ legt Emmy uit. ‘We beginnen nu bij een paar locaties, die we als best practice inrichten. Later zullen er daar steeds een paar bij komen. Zeer binnenkort zal er op de eerste locaties een Culinair Coach aan de slag gaan. Het is de taak van deze coach om de aanwezige kennis verder te verspreiden. Ze ondersteunen met het opstellen van het menu, leggen uit hoe de stoomoven werkt of vertellen de beste bereidingswijze van net gekochte stukken verse zalm. Ze geven gevraagd maar ook ongevraagd advies. Ook zullen deze coaches in gesprek gaan met de bezoekers van het restaurant en krijgen ze informatie over bewoners die regelmatig in het restaurant eten, bijvoorbeeld als die al een tijdje minder goed eten. Die informatie is belangrijk voor zorgmedewerkers, voor diëtisten en logopedisten. En natuurlijk vooral voor het welzijn van bewoners zelf. Zo zal er ook meer verbinding ontstaan tussen de teams, komen nieuwe dingen aan het licht en gaan de juiste mensen met elkaar in gesprek! Allemaal om ten bate van het gezellig, lekker en gezond eten en drinken & de kunst van gelukkig oud zijn.’